Geboorteverlof

Op 2 augustus 2022 zijn de regels met betrekking tot het geboorteverlof gewijzigd. Hierna zet ik eerst de algemene regels voor geboorteverlof uiteen. Vervolgens ga ik in op de wijzigingen vanaf 2 augustus 2022.

Geboorteverlof

De medewerker van wie de partner is bevallen heeft recht op geboorteverlof. Er is sprake van twee soorten geboorteverlof. Namelijk regulier geboorteverlof en aanvullend geboorteverlof.

Het recht op beide vormen van geboorteverlof is afhankelijk gesteld van de bevalling. Ook als een kind dood wordt geboren of vlak daarna komt te overlijden, bestaat voor de medewerker aanspraak op geboorteverlof.

Het aantal uren geboorteverlof is niet gekoppeld aan de omstandigheid of het een eenling of een meerling is. Het aantal uren geboorteverlof is gekoppeld aan het aantal uren dat wordt gewerkt in een week.

Verder geldt geen werk- of anciënniteitsperiode voordat recht op geboorteverlof ontstaat.

Regulier geboorteverlof

Voor wat betreft het reguliere geboorteverlof geldt dat de medewerker recht heeft op een verlof dat qua uren overeenkomt met het aantal uren dat hij of zij per week werkt.

De medewerker heeft dus recht op vijf dagen verlof als hij of zij vijf dagen per week werkt.

De werkgever betaalt gedurende die periode het salaris volledig door. Het reguliere geboorteverlof dient opgenomen te worden binnen vier weken na de eerste dag van de bevalling.

Het reguliere geboorteverlof is opgenomen in artikel 4:2 van de Wet arbeid en zorg.

Aanvullend geboorteverlof

Nadat de medewerker het reguliere geboorteverlof heeft opgenomen, heeft de medewerker recht op aanvullend geboorteverlof.

Het aanvullend geboorteverlof bedraagt maximaal vijf maal het aantal werkuren per week en moet binnen zes maanden na de geboorte van het kind worden opgenomen.

Voor het aanvullend geboorteverlof geldt niet dat de werkgever verplicht is het salaris door te betalen. Wel heeft de medewerker recht op een uitkering, waarover hierna meer.

Het aanvullend geboorteverlof is geregeld in artikel 4:2a van de Wet arbeid en zorg.

Aanvraag aanvullend geboorteverlof en uitkering

Als een medewerker gebruik wil maken van het aanvullend geboorteverlof, dan moet de medewerker dit met tussenkomst van de werkgever aanvragen bij het UWV.

De aanvraag verloopt via een formulier in het werkgeversportaal van het UWV. Voor de medewerker dient het BSN-nummer, de geboortedatum en duur van het geboorteverlof te worden aangegeven.

Het UWV verstrekt aan de werkgever een uitkering van 70% van het dagloon van de medewerker, waarbij dit is gemaximeerd op 70% van het wettelijk maximum dagloon. Dit betaalt de werkgever door aan de medewerker.

De werkgever hoeft dit niet aan te vullen, tenzij de werkgever hiertoe verplicht is op grond van een CAO of arbeidsvoorwaardenhandboek.

Mocht de medewerker met een betaling van 70% van zijn of haar dagloon onder het sociaal minimum komen dan kan bij het UWV een toeslag worden aangevraagd.

Als die toeslag wordt toegekend, dan wordt die door het UWV aan de werkgever betaald. De werkgever betaalt deze dan door aan de medewerker.

Het aanvullend geboorteverlof moet vier weken voorafgaand aan het moment dat de medewerker het verlof wil laten ingaan, worden aangevraagd bij de werkgever.

De werkgever kan, na overleg met de medewerker, tot twee weken voorafgaand aan het opnemen van het aanvullend geboorteverlof de door de medewerker gewenste wijze van invulling van het verlof op grond van zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelangen wijzigen.

De aanvraag bij het UWV kan vanaf vier weken voor de eerste dag waarop het verlof wordt opgenomen tot vier weken na de laatste dag waarop het verlof is opgenomen door de werkgever bij het UWV worden ingediend.

Het recht op uitkering in verband met het aanvullend geboorteverlof en de hoogte daarvan is opgenomen in artikel 4:2b van de Wet arbeid en zorg.

De regels omtrent de aanvraag van die uitkering zijn te vinden in artikel 4:2c van de Wet arbeid en zorg.

De regels omtrent de meldingsverplichting aan de werkgever en de wijzigingsmogelijkheid van de werkgever zijn opgenomen in artikel 4:3 van de Wet arbeid en zorg.

Wilt u meer weten? Neem dan gerust contact met me op.

Gerelateerde Berichten

Neem contact met ons op